Gepubliceerd op Facebook: 30 oktober 2014
Om het volgende verhaal goed te begrijpen, is het belangrijk dat je weet wat een constitutieborrel is. Een constitutieborrel is een avond waarop alle aanwezigen (met de beste bedoelingen weliswaar) zichzelf, elkaar en tradities als het stelen van een gastenboek veel te serieus nemen, en waar de alcohol rijkelijk vloeit. Deze combinatie zorgt vaak voor een vermakelijk geheel.
Een open bar heeft echter wel een negatieve invloed op je cognitieve vaardigheden de dag erna. Het is ook niet zeldzaam dat bij het ontwaken de wil om te leven tijdelijk verdwenen is. Het is in deze gemoedstoestand dat ik mijn spullen aan het pakken was voor een reis naar Noorwegen.
Er was mij verteld dat het ter plaatse Koud was. Koud met een hoofdletter K, die hoogstwaarschijnlijk verwijst naar de temperatuur van één graden Kelvin, zo koud. Omdat mijn winterjas achtergebleven is in de garderobe van een nachtclub in Zagreb en Het Blauwe Vest alleen niet warm genoeg zou zijn, bestond het inpakken vooral uit kiezen tussen verschillende modellen en kleuren Off-Screentrui en het afstoffen van mijn snowboardjas (360 boarding crew represent in Øsløøø, whatup?!).
Mensen die mij al wat langer kennen en samen met mij op reis gegaan zijn, weten dat inpakken voor vertrek nooit mijn sterkste punt is geweest. Dit proces bestaat meestal uit het in paniek bij elkaar harken van kledingstukken in verschillende stadia van de wascyclus. Sommige schoon, sommige “pas twee avonden gedragen” en andere wel gewassen maar nog niet droog. Als bij aankomst op de eindbestemming er op de kleren die uiteindelijk mee blijken te zijn geen kots, bloed of andere Ebola overbrengende vloeistoffen zitten, vind ik het pakken vaak al een succes.
Zo ook vanochtend. Het enige dat vanochtend anders ging, was het inpakken van mijn paspoort. Dat gebeurde namelijk niet. Je paspoort vergeten als je gaat vliegen is een beetje hetzelfde als je piemel vergeten als je gaat neuken. Maar ik heb het gepresteerd.
Ik realiseerde me dat ik een monumentale fout had gemaakt, toen ik wilde gaan inchecken. Dit realisatiemoment werd gevolgd door een reeks verwensingen waarin ikzelf, God, Jezus en de wereld als geheel het moesten ontgelden. Sorry nog daarvoor, wereld. Je bent best oké. Youp van ’t Hek is de enige die ik ken die een situatie beter kan maken door te beginnen te vloeken, dus zodra deze scheldkanonades achter de rug waren, moest er een daadwerkelijke oplossing gevonden worden.
Wat doe ik als ik weer eens compleet de fout ingegaan ben en even niet weet waar ik het zoeken moet? Juist, dan bel ik Bibi. Bij dezen even een shoutout naar deze held (en haar vader) omdat zij met een waarschijnlijk al even heftige kater uit haar bed te bellen was om mijn paspoort naar station Zuid te komen brengen. Dankzij een automaat die mijn paspoort niet hoefde te zien, kon ik ingecheckt de luchthaven weer verlaten om haar daar te ontmoeten.
Hierop volgde een ervaring die al eens op treffende wijze is verwoord door Herman van Veen: rennen, vallen, opstaan en weer doorgaan (ik laat ‘vliegen’ weg, omdat dit op dat moment nog niet duidelijk was). De rij voor de bagagescanner werd compleet is voorbij gerend met de mededeling: “SORRY, BUT I’M NOT MISSING MY FLIGHT. NOT TODAY.”
Zwetend, bloedend, buiten adem en met een gigantische kater heb ik me in de bus gestort die klaar stond bij de gate. Ik was uiteraard de laatste die mee kon. Wachtende reizigers schonken mij meewarige blikken, vochtige doekjes en pleisters.
Het meest frustrerende was nog wel dat ik ook het paspoort van Pino bij me had kunnen hebben, want niemand heeft er daadwerkelijk ín gekeken. Ik overwoog nog om bij de Noorse douane dingen over IS, bommen en granaten te mompelen, zodat er iemand naar zou vragen. Maar ik zag hier uiteindelijk van af, omdat een lichamelijke visitatie nou ook niet precies was waar ik op zat te wachten.
Al met al moet ik opmerken dat ik paspoorten een achterhaald concept vind. Een beetje net als (fysieke) post. Handig als er geblowd moet worden in een ander land, ik snap waar het vandaan komt en we zullen ongetwijfeld niet zonder kunnen, maar inmiddels is dit al lang handiger op te lossen.
Diegenen die het einde van dit verhaal gehaald hebben dank ik voor de aandacht. Ik ga nu even kijken hoe het is om een week lang een vriendin, hond, kat en kind te hebben. Maar daarover later meer.