Gepubliceerd op Facebook: 23 september 2014
Beeld afkomstig van mijn instagram
Om “een keer lekker wat aan mijn dinsdag te hebben” en “niet de hele nacht in touw te zijn” neem ik na de borrel om kwart over twaalf de trein naar Castricum. De rijkelijk genuttigde alcohol zorgt er helaas voor dat ik niet om tien voor één uitstap bij de juiste halte, maar al slapend doorreis naar Hoorn, waar ik om half twee door een conducteur uit een donkere trein geholpen word. “Ja, nee, er rijden geen treinen meer. Misschien een bus ofzo? Of anders morgenochtend weer.”, is zijn behulpzame advies nog.
Er vertrekt inderdaad op dat moment een bus, maar die gaat terug naar Amsterdam. Omdat ik naar Castricum wil en de bus via Scharwoude rijdt, besluit ik hem te laten gaan. Dat, lieve lezers, was mijn tweede fout van de avond. Helaas was het nog niet de laatste.
In een wanhopige poging een lift te krijgen vanaf station Hoorn in het midden van de nacht, sta ik met mijn duim omhoog als er een auto stopt waarvan de bestuurder vraagt waar ik heen moet en hoeveel ik daarvoor over heb. Na enig onderhandelen over de vraag of €18 genoeg is voor een rit naar Castricum, zegt de man: “Nou, geef maar hier dan”. Ik overhandig hem het geld, overtuigd dat ik een goede deal gemaakt heb. Waarop de man wegrijdt met mijn geld. Beginnersfout van mijn kant.
Eventjes later word ik gezelschap gehouden door twee lokale nachtbrakers. Nadat ze me uitgebreid uitgelachen hebben om mijn gemaakte keuzes die avond, wil de een me wel voor “vijf joetjes” op zijn quad naar Castricum rijden. De ander probeert me eerst coke te verkopen. Dan MDMA. En dan zijn fiets. Hoewel ik onder de indruk ben van de breedte van zijn assortiment op dit tijdstip van de nacht, moet ik vriendelijk bedanken.
Langzaam begin ik me te realiseren dat me een koude overnachting te wachten staat. Ik heb alleen een vest aan en dan is zo’n septembernacht toch best ineens behoorlijk frisjes. Na eerst alle auto’s op het parkeerterrein geprobeerd te hebben (allemaal op slot), ontdek ik dat er een trein staat die gewoon geopend kan worden. Ik slaap een tijdje in de trein, tot ik gewekt word door de schoonmakers voor wie de trein van het slot gelaten is. Zij vertellen me vriendelijk doch beslist dat ik daar niet mag blijven.
Dan ga ik op zoek naar een lift (niet een rit, maar een kastvormig hijstoestel) om beschutting van de kou hebben. De eerste lift is helaas al bezet door een zwerver. Of is het een lotgenoot? Hij lijkt in ieder geval net zoveel gedronken te hebben als ik. In de tweede lift leg ik een Spits neer en slaap ik tot ik om tien voor zes de trein naar Castricum kan nemen. Ik ben thuis om kwart voor zeven.
Voortaan maar weer gewoon naar de Bloemenbar.